Verder zijn politieke partijen actief met reclames, ook weer om jouw stem te winnen. Daarnaast heb je nog mensen die niet in de politiek zitten die jouw aandacht trekken, omdat ze graag een partij willen steunen. Dat doen ze door dingen te delen op internet of door zelf video’s of memes te maken. Of door bijvoorbeeld op Twitter hun mening te delen.
Best lastig dus om vast te stellen waar je een geloofwaardig verhaal van een politicus of over een politieke partij kan vinden. Wie of wat kan je geloven? Welke rol speelt nepnieuws hierin? Worden we gemanipuleerd op sociale media? Hoe kan je dat zelf zien? Wij geven je in dit artikel voorbeelden waar je op kunt letten en eindigen met tips.
Wanneer een politicus te gast is bij een radio- of tv-programma, dan is de uitzendende partij verantwoordelijk voor wat je ziet en hoort. De politici kunnen wel roepen wat ze graag willen vertellen, maar de journalist of presentator zal hierop reageren en kritische vragen stellen. Naast radio- en tv zenders kan je online ook video’s tegenkomen die de politieke partijen zelf hebben gemaakt.
Soms zijn die filmpjes zo gemaakt dat het lijkt alsof je naar het journaal of een talkshow kijkt. Alleen hebben journalisten niet meegewerkt aan deze video’s. Hoe herken je een video die een partij zelf heeft gemaakt? Er worden in deze video’s geen lastige vragen gesteld en de ideeën van andere partijen worden niet besproken. De partij zal vooral haar eigen plannen en ideeën vertellen, omdat ze de afzender zijn. Hierdoor kan je het meer zien als een verkooppraatje.
Op sociale media vind je veel van zulke reclames van politieke partijen. Soms staat er ‘advertentie’ of ‘gesponsord’ boven, dan weet je zeker dat je met reclame te maken hebt. Het CDA heeft daar bij de campagne van 2021 het meeste geld aan uitgegeven. Je zou denken dat de rijkste partij de meeste advertenties koopt en dan dus ook de strijd om de kiezer wint. Maar dat is niet zo.
Hoe goed die advertenties werken om nieuwe kiezers over te halen, vraagt Claes de Vreese zich af. Hij is hoogleraar Politieke Communicatie: “Het blijft de vraag hoe effectief dit nu is.”
Het aantal advertenties van politieke partijen wordt bijgehouden door de Universiteit van Amsterdam en journalistieke waakhond Follow The Money. Het is goed dat de digitale tactieken van politieke partijen gevolgd worden. Zo kan je in een vrije democratie jezelf informeren over welke middelen worden gebruikt om stemmers te bereiken.
Op sociale media kunnen betalende partijen heel gedetailleerd hun doelgroep uitkiezen. Omdat mensen via hun surfgedrag veel informatie en sporen achterlaten op internet, weet een partij als Facebook precies waar de doelgroep zit. Dit heet ‘microtargeting’.
Het zorgt ervoor dat jij andere advertenties ziet dan je buurman. Dat gaat ver, zo kan je precies targetten op bijvoorbeeld vrouwen tussen de 60 en 65 jaar, christelijk, wonend op het platteland, getrouwd, van westerse afkomst, liefhebbers van wandelen en salsa dansen.
Microtargeting heeft een slechte naam gekregen, nadat het databedrijf Cambridge Analytica handelde in gegevens van het online gedrag van mensen.
Bij de verkiezingen in 2016 in Amerika heeft Donald Trump voordeel gehad van deze vorm van microtargeting. Cambridge Analytica heeft een boete gekregen voor het verhandelen van gegevens en voor het verspreiden van desinformatie.
Wordt er bewust onjuiste informatie verspreid om zwevende stemmers te beïnvloeden bij hun keus in het stemhokje? Sinds februari 2021 houdt een speciaal computerprogramma van Forensic Journalism nepaccounts in de gaten. Deze nepaccounts worden ingezet om allemaal dezelfde boodschap te versturen, die de maker van de nepaccounts wil ondersteunen. Met dit computerprogramma worden deze accounts opgespoord, die verwarring zaaien of onwaarheden verspreiden. Forensic Journalism heeft wel wat verdachte pogingen gevonden van nepaccounts, die kortgeleden zijn aangemaakt. Veel nepaccounts reageren op bepaalde politici en gebruiken vaak dezelfde hashtags. Maar heel veel gebeurt dat toch niet.
In Amerika is dat anders, daar is er online veel onjuiste informatie verspreid om mensen te beïnvloeden. Een groot verschil met Nederland is dat daar twee grote politieke partijen lijnrecht tegenover elkaar staan en het land verdelen. Als je online partij kiest, weet je meteen welk kamp je helpt. Dat ligt in Nederland ingewikkelder.
In Nederland zijn er veel verschillende politieke partijen, die ook zullen moeten samenwerken. Dat verkleint de tegenstellingen. Daarnaast hebben we ook een sterk en gevarieerd aanbod aan kranten en nieuwssites. Wij hebben ook de publieke omroep, die uit belastinggeld wordt betaald en niet is opgericht om zoveel mogelijk geld te verdienen. In Amerika is vrijwel alle pers commercieel en telt alleen de winst voor de aandeelhouder. Die kiest vaak voor één van de twee kampen, want met die keuze valt meer geld te verdienen. Hierdoor worden de tegenstellingen verder uitvergroot en is er minder onafhankelijkheid.
Is er dan in Nederland online geen helemaal gedoe met nepaccounts die bewust negatieve berichten delen en voeden? Toch wel. Zo was er rondom de discussie over de avondklok op Twitter wat manipulatie te zien van trollen.
Social media platforms proberen de verspreiding van desinformatie via hun kanalen af te remmen. Twitter blokkeert sommige accounts die toch bewust nepnieuws of onjuistheden delen. Het account van president Trump werd zelfs op non-actief gesteld, nadat hij ten onrechte bleef beweren dat hij de verkiezingen in Amerika van 2020 had gewonnen. De week na zijn ban van Twitter was 73 procent van deze verhalen over de winst van Trump van het platform verdwenen.
Facebook wil ook meer doen aan de verspreiding van onjuiste informatie rondom de verkiezingen. In een grote advertentie in alle kranten schrijft Facebook 35.000 mensen in te zetten om het nieuws over de verkiezingen beter te beveiligen.
Dat hoge aantal mensen is overigens niet voor Nederland aangenomen, dat is het aantal wat wereldwijd voor Facebook werkt aan het controleren van onjuistheden. Het geeft aan dat ook de grote platforms zelf gaan inzien dat de gevolgen groot kunnen zijn als je iedereen alles laat plaatsen op de sociale media.
Als je jezelf wil informeren over waar je op kunt stemmen, dan is betrouwbare informatie belangrijk. Hier zeven nuttige tips waar je zelf op kunt letten.
*Dit artikel is geschreven door Beeld & Geluid in Den Haag voor Isdatechtzo.nl