16 juni 1939
Lieve Moes. Hoe is het met je?
Met mij best. Wist je dat Hans
verloofd was met Jan Menssink?
Morgen gaan ze de ringen kopen.
Jan (ssst, dat hij het niet hoord dat ik hem
Jan noem) is de vriend van Wijholt
en hij heeft gestudeerd in RotterdamV. Tante
geeft geen receptie door het verle-
den zei ze. Hij is al helang de
vriend van Hans. Oom klautert al
weer van het eene bed in het an-
dere. En, O, Moesje had geen
kinder trein kaartje voor me geno-
men! Dat ontdekte Tante Tietje
toen de conducteur kwam en
hij zij dat wij in Den Haag
maar eens moesten properen
om het geld terug te krijgen.
Toen wij in de uitgang in Den
Haag naar de controle gingen
verwezen ze ons daar naar het
Telegraaf bureau. de koffers
gaven wij daar in bewaring
even. bij het Telegraaf bureau
kwam het in orde en kreeg
Tante 72 ½ cent terug!
Die krijg je nog van Tante Tietje.
In de trein zat (o, ja wij hadden
toch die van 10,8!) een vreselijke
oude dame. Toen na een poosje
haar man binnen kwam begon
ze vreselijk met hem te kiften!
en het kwam hier op neer dat
toen zij haar sjhaaltje ging
halen hij (volgens haar) alleen
om haar te plagen hard was
weggehold en toen in de tram
gestapt en enkel om haar te
hinderen alleen naar de trein
was gegaan! Zo kiften ze nog
een hele poos door zodat
Jean en ik er nog tam bij wa-
ren. toen ze een poos zwegen
zij Tante tegen mij: “Wapenstil-
stand!” Woensdag kom ik terug
om hoe laat weet ik nog niet.
dat word gebriefd. De groeten
van Tante Bets en heel veel
zoentjes van mij voor iedereen
(voor jou de meeste, laat Arend
het niet horen, hij is zo jaloers!)
daaaag! zoentjes van Hannie!
V Arend zal hem wel kennen!
schrijf alsjeblieft nog gauw terug!